Onderdeel: |
Sprinten |
Leeftijdscategorieën: |
D-junioren, A-pupillen |
Benodigde materialen: |
Pilonnen, werp- of tennisballen. |
(mogelijke) doelstellingen: |
Trainen van sprintjes
Leuke variant op sprinten |
Organisatie:
Zet voor ieder tweetal een rij van 5 pilonnen uit: een startpilon en een pilon op 10, 20, 30 en 40 meter.
Stofomschrijving:
De kinderen vormen tweetallen. Ieder tweetal gaat bij een startpilon staan en krijgt een tennisbal. Op signaal sprint het eerste kind met tennisbal naar de eerste pilon en legt de bal op de pilon. Daarna sprint het kind terug en tikt de hand van de andere aan. Deze sprint naar de eerste pilon, pakt daar de tennisbal, en brengt deze naar de tweede pilon. Bij terugkomst brengt het eerste kind de bal naar de derde pilon, enzovoort. Het tweetal is klaar als de bal op de vierde pilon ligt. Welk tweetal is als eerste klaar?
De tennisbal moet echt op de pilon liggen, niet ernaast. Als ze klaar zijn, de bal weer in stappen terugbrengen.
Variatie mogelijkheden:
1. Geef ieder team 5 ballen. Ze brengen om de buurt de ballen naar de pilonnen. Ze mogen zelf kiezen wie naar welke pilon rent. Welk team heeft als eerst alle ballen op de pilonnen? Vervolgens de ballen weer om de beurt ophalen.
2. Je kan de oefenvorm ook zonder ballen doen. De eerste rent om pilon één, de tweede om pilon twee, enzovoort. |